Kaartspel.
Bestand
Maak groepjes van ongeveer vier leerlingen. De jongste speler mag beginnen. Draai de bovenste kaart van de stapel om. Beantwoord de vraag. Is de vraag goed beantwoord? Dan mag je de kaart houden. Is de vraag niet goed beantwoord? Dan leg je de kaart onderop de stapel kaarten neer. Het spel is afgelopen wanneer de tijd voorbij is of wanneer de kaarten op zijn.
Welke speler heeft uiteindelijk de meeste kaarten verzameld? Deze speler is de winnaar van het spel.